Van een uniek idee een eigen creatie op de bühne zetten, dat is de mensen van “de Moeziek” wel toevertrouwd. Dat bleek zaterdagavond jl. weer eens heel duidelijk. Het is een van de redenen dat president Ellen von Wintersdorff een volle zaal mocht begroeten. Alles onder consequente en strenge controle van de QR-code. Duidelijk was ook dat men zo langzaamaan grote behoefte voelde weer eens echt “uit” te zijn en dan is een activiteit van de harmonie daarvoor een prachtige gelegenheid.
Op de bühne een groot harmonieorkest met opvallend veel jeugdige muzikanten. Aan de achterkant de grote oranje banner met het trotse predicaat Koninklijk en aan de voorkant de feestelijke bloemversiering van Tuinbouwvereniging “Floralia”. En feestelijk zou het gaan worden. De zaal was in stemming en in spannende afwachting van een lokale dirigeercompetitie. Achter de coulissen in het “zweetkamertje” de 4 kandidaten, Maaike Cima, Marcel Wolff, Paul de Graauw en Leo Vanweersch, gebroederlijk bijeen wachtend op het moment dat ze met elkaar (en misschien ook met het orkest) de strijd aan zouden gaan. Achter in de zaal, op hoogte geposteerd, de 4-koppige jury, ere-dirigent Gerhard Sporken, trombonist / dirigent / componist / arrangeur Fred Deitz, dirigent Patrick Sporken en juryvoorzitter erepresident Jo Kern, met een eigen beeldschermpje om de kandidaten ook face to face te kunnen volgen. Na de KERNMARS van Fred Deitz als opwarmer stelde president Ellen von Wintersdorff de kandidaten nog een keer voor aan het publiek en mochten de kandidaten alvast de vol gevulde zaal aanschouwen om nog wat extra spanning op te bouwen om daarna weer in afwachting van hun optreden in de kleedkamer terug te keren.
Na het officieel voorstellen van de jury was het de beurt aan de eerste kandidaat (door loting zo vast gesteld): MARCEL WOLFF. Zijn programma bestond uit de mars JUBILISSIMO en ABBA GOLD, een compilatie van ABBA-melodieën. Zijn verschijning deed denken aan een kruising tussen de Russische dirigent Valeri Gergiev en Sergeant B.A. Baracus van het A-team, strenge blik, maar tegelijkertijd de zachtaardige “kleine Teddybeer”, zijn baritonsolo bij zijn mannenkoor, hem op het lijf geschreven. Energiek, een beetje heupwiegend dirigerend, partituur en orkest goed volgend, tempowisselingen overlevend brengt hij het er volgens jurylid Fred Deitz heel behoorlijk vanaf en complimenteert ook eredirigent Gerhard Sporken hem met de snelheid waarmee hij de kunst van het dirigeren heeft weten op te pakken (“Die Schwierigkeit des Dirigierens ist nicht zu unterschätzen”). De spits is er vanaf. Gevraagd naar een eerste reactie antwoordt Marcel Wolff: “Ik ben vooral heel trots voor dit orkest te hebben mogen staan”. De zaal raakt duidelijk in stemming.
Het is de beurt aan de volgende kandidaat: wethouder PAUL DE GRAAUW. Hij dirigeert BAYRISCHER DEFILIERMARSCH en HOOTENANNY, Oostenrijkse marsmuziek met als ultieme tegenhanger Amerikaanse volksmuziek. Paul de Graauw dirigeert zoals hij doorgaans ook is: onverstoorbaar. Het ontlokt juryvoorzitter Jo Kern de opmerking: “de wethouder dirigeert politiek correct, de ene keer naar links, dan weer naar rechts, maar meest door het midden. En als hij links niet ziet wat er rechts gebeurt, gaat hij onverstoorbaar zijn weg het orkest zijn wil op te leggen”. Jurylid dirigent Patrick Sporken maakt van de gelegenheid gebruik uit leggen welk een weg een professioneel dirigent in zijn opleiding moet afleggen om voor het eerst voor een klein orkest te mogen staan. Het maakt de prestaties van de kandidaten er alleen maar groter op. Desgevraagd geeft Paul de Graauw toe best wel zenuwachtig geweest te zijn. Het was een plezier maar het zit er gelukkig nu op.
De volgende kandidaat MAAIKE CIMA maakt haar opwachting in prachtige galajurk. Haar programma bestond uit de mars WASHINGTON POST en Elgar’s POMP AND CIRCUMSTANCES. Haar passie voor dans en ballet wordt in haar stijl van dirigeren onmiskenbaar gedemonstreerd. Juryvoorzitter Jo Kern: “Ik had voortdurend het idee dat ze elk moment met een mooie pirouette van de bühne weg zou zweven”. Maaike Cima beheerste heel duidelijk de partituur, gaf op het juiste moment naar de juiste plek de juiste aanwijzingen en zwierend met brede bewegingen en waar nodig met kleine gebaren bracht zij Pomp and Circumstances echt tot leven. Gerhard Sporken was duidelijk onder de indruk en gaf haar behalve grote complimenten nog de goede raad om als dansen en ballet om welke reden dan ook niet meer zouden kunnen, eens over een dirigentencarriëre na te denken. Een dirigent is er doorgaans niet om naar te kijken (behalve de muzikanten dan), maar het was moeilijk zo niet onmogelijk hier niet naar te kijken, zo expressief. Jurylid Fred Deitz: “Die jurk was niet nodig geweest, ook zonder, gewoon in pak, zou dit een puike prestatie zijn geweest”. Het enthousiasme bij het publiek steeg hoorbaar. Aan de laatste kandidaat om daar nog een schepje bovenop te doen.
Aan LEO VANWEERSCH de kans om het publiek op zijn hand te krijgen. Zijn programma: de mars SAINT TRIPHON en de filmmuziek uit PIRATES OF THE CARIBBEAN. Bij zijn introductie had hij al laten weten dat hij bij de muziekstukken zekere beelden had: Bij “Saint Triphon” zag hij de harmonie al in zijn geliefde Parijs in een parade voorop marcheren en “Pirates of the Caribbean” had hij het liefst als piraat met degen willen dirigeren. Leo Vanweersch concentreerde zich volledig op het orkest. Juryvoorzitter Jo Kern was opgevallen dat hij in de partituur geen enkele keer een blad had omgeslagen, dus klaarblijkelijk de partituur van buiten had geleerd. Met zijn lichaamstaal kroop hij soms bijna in het orkest. De vele tempowisselingen wist hij meesterlijk tot een goed einde te brengen. Jurylid Patrick Sporken benadrukte maar nog eens, dat een populair goed in het gehoor liggend muziekstuk makkelijk lijkt maar het in dit geval zeer zeker niet is. Compliment voor de dirigent dus. Na deze laatste kandidaat mocht het publiek stemmen, de harmonieleden hadden dit al gedaan na de generale repetitie, en kon de jury in conclaaf.
Na de pauze vervolgde de harmonie in afwachting van de uitslag het muziekprogramma met “MOMENTS OF MORRICONE” en “IN THE MOOD”. Voordat president Ellen von Wintersdorff de uitslag bekend ging maken was er eerst aandacht voor een belangrijk speerpunt van de harmonie, nl. de jeugdopleiding. Investeren loont. Dat bewijs werd ook bij dit concert weer geleverd, want er mochten 6 jeugdleden worden gepresenteerd die voor het eerst in de grote harmonie mee musiceerden en die overkwamen van de op dit moment 30-koppige jeugdharmonie. Zij ontvingen daarvoor traditiegetrouw een roos: Yara Dassen, Isa Phijl, Carla Treek, Anton Starke, Dante Cima en Tijn van der Pluijm. De harmonie mocht ook 2 nieuwe leden met een roos begroeten: Diane Donners en Josef Eberhardt. Na dank aan dirigent Patrick Sporken en de jury was het tijd voor de uitslag. Eerst juryvoorzitter Jo Kern: Veel respect en bewondering voor de moed van de kandidaten om zich tegenover een zaal vol publiek en een groot harmonieorkest zo in deze dirigeercompetitie bloot te geven. De winnende kandidaat, naar het oordeel van de jury, dirigeerde met overtuiging, beheerste de partituur, dirigeerde niet alleen met de baton (dirigeerstokje) maar ook met duidelijke lichaamstaal en had het orkest vast in de hand. Winnaar voor de jury was MAAIKE CIMA. Uit de gouden enveloppe van president Ellen von Wintersdorff bleek de eensgezinde uitslag van orkest, publiek en jury: MAAIKE CIMA. De winnares ontving de trofee MAESTRO 2021, de andere kandidaten bloemen en de foto’s van Mireille Prange, er waren bloemen ook voor de jury, waarna Maaike Cima nog een keer “haar” muziekstuk POMP AND CIRCUMSTANCES samen met de harmonie mocht uitvoeren. Tot slot nog een zeer welverdiend applaus voor de harmonie, en opgelucht, maar zeker ook terecht blij en trots mocht president Ellen von Wintersdorff daarna de MAESTRO-concertavond afsluiten. Het enthousiasme bij het publiek was ook na afloop tijdens de nazit duidelijk waarneembaar. Complimenten voor de MOEZIEK voor de perfecte organisatie van een geweldige avond.