KIES DE FLUIT

Héél vroeger was er al een “dwarsfluit”; die bestond toen uit holle stukken bot, bamboe, hout of ivoor met een paar gaatjes erin. De fluit werd toen niet bespeeld om concerten te geven, nee, de schelle klank diende om vijanden en boze geesten te verjagen en signalen aan elkaar door te geven. Tegenwoordig heeft de dwarsfluit 16 gaten en, dankzij het slimme kleppensysteem, heb je aan 10 vingers genoeg om al die 16 gaten open en dicht te krijgen. Het was Theobald Boehm die dit uitgevonden heeft in 1832.

Toen het instrument zich verder ontwikkelde, zijn ook de materialen verbeterd, en nu zie je alleen verzilverde, zilveren en, als je héél rijk bent, gouden (!!) dwarsfluiten. De metalen dwarsfluit behoort nog steeds tot de “houten” blaasinstrumenten omdat men vroeger altijd op houten dwarsfluiten speelde. Tegenwoordig speelt men toch ook weer vaak op de “houten” dwarsfluit omdat de klank mooier mengt met de andere houten blaasinstrumenten van het symfonieorkest.

De dwarsfluit is een populair instrument, door haar ranke/slanke verschijning, maar vooral vanwege de mooie en veelzijdige klank. Zo kan hij warm en fluweelzacht klinken, maar ook hoog, hard en fel. Een ander familielid is de altfluit. Deze is weer groter dan de gewone fluit en klinkt daardoor lager. De opa van de fluitenfamilie is de basfluit. Hij is de grootste, en klinkt een oktaaf (8 tonen) lager dan een gewone fluit. De dwarsfluit klinkt heel mooi samen met andere instrumenten en er zijn vele muziekstukken geschreven door bekende componisten. Ook klinken dwarsfluiten samen heel mooi. Naast de klassieke muziek kun je ook andere muziekstijlen spelen op de dwarsfluit zoals jazz, pop, musical, volksmuziek enz.! De dwarsfluit komt vaak voor in volksverhalen en sprookjes, zoals dat van de Rattenvanger van Hamelen: door op zijn fluit te blazen lokt hij de ratten de stad uit!

Deel dit bericht.